Dossier: Europees recht


HR 24 februari 2012, LJN ECLI:NL:HR:2012:BT6689 (Ladbrokes/De Lotto)

Een restrictief, op beteugeling van gokverslaving gericht kansspelbeleid is niet onverenigbaar met het recht op vrij verkeer van diensten, ook niet als het aan de vergunninghouder is toegestaan zijn kansspelaanbod aantrekkelijk te maken door nieuwe kansspelen te introduceren en reclame te maken. De nationale rechter moet nagaan of de uitbreiding van de activiteiten van de vergunninghouder de illegale kansspel-activiteiten kunnen ondervangen en of die uitbreiding niet onverenigbaar is met de doelstelling van de regeling. Art. 49 EG-Verdrag verzet zich er niet tegen dat een aanbieder van kansspelen, die daarvoor al een vergunning in een andere lidstaat heeft, wordt verboden zijn kansspelen via internet in de betrokken lidstaat aan te bieden. (meer…)

HR 24 februari 2012, LJN ECLI:NL:HR:2012:BQ9210, ECLI:NL:HR:2012:BQ9212 en ECLI:NL:HR:2012:BQ9214 (Staat / Essent; Eneco; Delta)

Het Besluit aandelen netbeheerders hield een absoluut verbod in tot privatisering van (aandelen in) netbeheerders. De Hoge Raad legt aan het Hof van Justitie van de Europese Unie de vraag voor of dit privatiseringsverbod een regeling van het eigendomsrecht is zoals bedoeld in art. 345 VWEU en zo ja, of als gevolg daarvan de regels over vrij verkeer van kapitaal niet op het groepsverbod van toepassing zijn, althans dat aan een toetsing aan deze regels niet wordt toegekomen. Voor het geval het Hof van Justitie een van deze beide vragen ontkennend beantwoordt, legt de Hoge Raad als derde vraag voor of de doelstellingen van transparantie op de energiemarkt en het voorkomen van concurrentieverstoring door kruissubsidiëring tegen te gaan, aangemerkt kunnen worden als belangen van niet-economische aard.  (meer…)

Hoge Raad 3 februari 2012, ECLI:NL:HR:2012:BU4915 (Leidseplein Beheer B.V./Red Bull GmbH)

Het begrip ‘geldige reden’ in de zin van art. 2.20 lid 1 sub c BVIE moet thans worden uitgelegd in overeenstemming met het begrip ‘geldige reden’ in de zin van art. 5 lid 2 Merkenrichtlijn. Het criterium zoals geformuleerd in het arrest Claeryn/Klarein mist volgens de Hoge Raad toepassing. De Hoge Raad stelt een prejudiciële vraag over de invulling van het begrip ‘geldige reden’. (meer…)

HR 9 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BU2834

Als een kind beweerdelijk ongeoorloofd is overgebracht vanuit een verdragsluitende staat waar het zijn gewone verblijfplaats heeft naar een andere verdragsluitende staat, of in die andere staat wordt vastgehouden, kan een verzoek tot teruggeleiding, gebaseerd op het Haags Kinderontvoeringsverdrag (HKOV), slechts worden ingediend bij de rechter van de staat waar het kind zich bevindt. (meer…)

HvJEU 8 december 2011, C-275/10 (Residex/Gemeente Rotterdam).

Nietigverklaring door de nationale rechter van een garantie die staatssteun oplevert is mogelijk, maar is niet verplicht als dat niet bijdraagt tot herstel in de toestand van voor de steunverlening. (meer…)

Cassatieblog.nl