HR 16 juli 2021, ECLI:NL:HR:2021:1171
Een arbitraal vonnis dat op meerdere zelfstandig dragende gronden berust, kan alleen worden vernietigd als met succes vernietigingsgronden zijn gericht tegen al die gronden. (meer…)
Dossier: Proces- en beslagrecht
HR 16 juli 2021, ECLI:NL:HR:2021:1171
Een arbitraal vonnis dat op meerdere zelfstandig dragende gronden berust, kan alleen worden vernietigd als met succes vernietigingsgronden zijn gericht tegen al die gronden. (meer…)
HR 18 juni 2021, ECLI:NL:HR: 2021:957 (Vereniging van Albert Heijn Franchisenemers c.s./Albert Heijn c.s.)
Deze procedure gaat over de financiële afrekening tussen Albert Heijn als franchisegever en het merendeel van haar franchisenemers over 2008 en de jaren daarna. In deze procedure speelt de uitleg van de (standaard) franchiseovereenkomst (“FO”) die tussen partijen is gesloten, een centrale rol. (meer…)
HR 11 juni 2021 ECLI:NL:HR:2021:859
De schuldenaar kan in hoger beroep opkomen tegen de afwijzing van het primaire verzoek om een bevel tot instemming met een schuldregeling, als de rechtbank (i) ook het subsidiaire verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling heeft afgewezen en (ii) de schuldenaar ook daartegen in hoger beroep opkomt of dit subsidiaire verzoek in hoger beroep niet handhaaft. Dit geldt ook als door de rechtbank nog niet is beslist op het subsidiaire verzoek, maar wel op het primaire verzoek. (meer…)
28 mei 2021 ECLI:NL:HR:2021:784
De driemaandentermijn van art. 1068 lid 2 Rv kan – naar gelang de omstandigheden van het geval – voor elke afzonderlijke herroepingsgrond aanvangen op het zelfde moment, of juist op uiteenlopende momenten.
Het gaat in dit geschil om de vraag of een partij de driemaandentermijn van art. 1068 lid 2 Rv voor herroeping van een arbitraal vonnis heeft laten verstrijken en het moment waarop de driemaandentermijn voor elk van de herroepingsgronden van dat artikel aanvangt. (meer…)
HR 28 mei 2021, ECLI:NL:HR:2021:792
Het hof heeft ten onrechte geen termijn voor nakoming van een tweetal veroordelingen bepaald en ook niet op de voet van art. 611a lid 4 Rv bepaald dat de veroordeelde partij pas na verloop van een zekere termijn een dwangsom zal verbeuren. Voor een geldige dwangsomveroordeling is dat vereist. (meer…)
HR 21 mei 2021, ECLI:NL:HR:2021:750
In een mogelijke precedentwerking van een uitspraak is niet reeds een voldoende belang gelegen bij een vordering tot voeging. Dit geldt ook als sprake is van sterk op elkaar gelijkende vorderingen of feitencomplexen tussen deels dezelfde partijen. (meer…)