Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 29 mei 2020, ECLI:NL:HR:2020:984

De geïntimeerde, bestuurder van een vennootschap, heeft geen memorie van antwoord genomen. Op grond van de devolutieve werking moeten zijn stellingen uit de eerste aanleg echter worden betrokken bij de beoordeling van de pas bij grieven uitgewerkte grondslag voor bestuurdersaansprakelijkheid. Hetzelfde geldt voor de stellingen van de bestuurder bij pleidooi in hoger beroep, nu deze een nadere uitwerking of precisering zijn van die stellingen in eerste aanleg. (meer…)

HR 24 april 2020 ECLI:NL:HR:2020:803

Nu het exploot van oproeping is betekend aan verweerders onder 2 op het adres aan de [a-straat 2] te Amsterdam terwijl in de procesinleiding als adres van verweerders onder 2 is vermeld [a-straat 1] te Amsterdam, moet ervan worden uitgegaan dat het exploot niet aan het juiste adres is betekend. Aannemelijk is dat het exploot verweerders onder 2 niet heeft  bereikt als gevolg van betekening op een onjuist adres, zodat is voldaan aan het bepaalde in art. 121 lid 3 Rv. Dit brengt mee dat de nietigheid van het exploot dient te worden uitgesproken. (meer…)

HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:743 (Cassatie in het belang der wet)

Alle Nederlandse voorzieningenrechters zijn relatief bevoegd in kort gedingen over Gemeenschapsmodellen. Voor zover art. 3 Uitvoeringswet GModVo anders bepaalt, is het artikel onverbindend. (meer…)

HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:726

De comparitie na aanbrengen in hoger beroep heeft een eigen doel en karakter. Deze comparitie strekt er met name toe voor een schriftelijke uitwisseling van partijstandpunten de mogelijkheid van een schikking te beproeven of afspraken te maken over het procesverloop. Indien partijen op deze zitting ook een toelichting geven op hun standpunten, behoeft dit niet plaats te vinden ten overstaan van de (meervoudige) kamer die ook eindarrest zal wijzen. (meer…)

HR 24 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:806

(i) de afstemmingsregel brengt mee dat de voorzieningenrechter zijn oordeel moet afstemmen op meest recente uitspraak in de bodemprocedure, ongeacht of die uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan;
(ii) het oordeel dat een te executeren uitspraak berust op een klaarblijkelijke feitelijke of juridische misslag, brengt niet steeds mee dat de executant die deze uitspraak ten uitvoer legt, misbruik van bevoegdheid maakt. (meer…)

HR 17 april 2020 ECLI:NL:HR:2020:746 en ECLI:NL:HR:2020:751

Indien op een schuldenaar de schuldsaneringsregeling van toepassing is verklaard, valt van rechtswege buiten de boedel een bedrag gelijk aan de beslagvrije voet. De beslagvrije voet wordt verhoogd met de premie van een door de schuldenaar gesloten ziektekostenverzekering, dit is de daadwerkelijk door de schuldenaar te betalen premie voor de door hem gesloten zorgverzekering. (meer…)

Cassatieblog.nl