Dossier: Verbintenissenrecht


HR 11 maart 2022, ECLI:NL:HR:2022:347 (Stichting Music#MeToo / Warner Music Benelux B.V)

Moet een belangenvereniging die een collectieve actie wil instellen voor een voorlopig getuigenverhoor ook aan de eisen van art. 3:305a BW voldoen? En is het oude of het nieuwe art. 3:305a BW van toepassing? Martijn Scheltema licht dit in 3 minuten toe aan de hand van een recente uitspraak van de Hoge Raad.

Cassatievlog #013 is ook als podcast beschikbaar.

HR 3 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1804

Art. 7:768 lid 3 BW jo. art. 6:51 lid 2 BW moet zo worden uitgelegd dat alleen sprake is van vervangende zekerheid indien de aangeboden zekerheid gelijkwaardig is aan het depot. Als de zekerheid bestaat in een bankgarantie, betekent dit dat de bankgarantie in dezelfde gevallen en onder dezelfde voorwaarden inroepbaar moet zijn als het depot. (meer…)

HR 11 maart 2022, ECLI:NL:HR:2022:347 (Stichting Music#MeToo / Warner Music Benelux B.V.)

Wanneer de voorgenomen vordering een collectieve actie is als bedoeld in art. 3:305a BW, kan het verzoek om een voorlopig getuigenverhoor worden afgewezen wegens onvoldoende belang als onvoldoende aannemelijk is dat de verzoeker voldoet aan de vereisten van art. 3:305a BW. (meer…)

HR 10 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1842

Ten onrechte heeft het hof, na het vaststellen van de onrechtmatige daad, een schadevergoedingsvordering afgewezen omdat er onvoldoende was gesteld door de benadeelde om de schade te kunnen bepalen. Het hof heeft miskend dat het, al dan niet na nadere instructie, de schade op de voet van art. 6:97 BW had moeten schatten, indien het van oordeel was dat de omvang van de schade niet nauwkeurig kon worden vastgesteld, dan wel partijen naar de schadestaatprocedure had moeten verwijzen, ook zonder dat dit uitdrukkelijk was gevorderd. (meer…)

Cassatieblog HR 4 februari 2022, ECLI:NL:HR:2022:115 (X / Gemeente Waalre) – Matthijs Bakker

De Hoge Raad geeft een maatstaf voor het bepalen van onrechtmatigheid en causaal verband bij vertragingsschade in het geval dat een aanvankelijk begunstigend besluit door een gebrek wordt herroepen en daarna alsnog een rechtmatig begunstigend besluit wordt genomen.  (meer…)

HR 4 februari 2022 ECLI:NL:HR:2022:115 ( X / Gemeente Waalre)

Paul Tanja behandelt in drie minuten een uitspraak van de Hoge Raad over de aansprakelijkheid van een bestuursorgaan voor onrechtmatige besluitvorming. Het bestuursorgaan kan aansprakelijk zijn voor vertragingsschade als een besluit wordt vernietigd en pas jaren later wordt herroepen of vervangen. De uitspraak gaat ook in op het vereiste van causaal verband tussen het vernietigde besluit en de schade.

 

Cassatievlog #007 is ook als podcast beschikbaar.

Cassatieblog.nl