Selecteer een pagina

Griffierecht uitgeprocedeerde asielzoeker en het recht op toegang tot de rechter

HR 8 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:607

Gelet op het feit dat het de rechtzoekende (een uitgeprocedeerde asielzoeker zonder financieel vermogen) geheel ontbreekt aan financiële middelen, levert het opleggen van griffierecht (ad € 78,-, conform de categorie onvermogenden) een ontoelaatbare belemmering op van het recht op toegang tot de rechter. Lees meer…

Het rechtsmiddelenverbod van art. 807 Rv geldt niet voor beslissingen kinderrechter ex art. 1:265i BW

HR 8 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:609

Art. 807 Rv sluit ten aanzien van beslissingen die door de kinderrechter op grond van art. 1:265i BW zijn genomen niet de mogelijkheid van een gewoon rechtsmiddel uit, zodat daartegen – conform de hoofdregel van art. 358 lid 1 Rv – de gewone rechtsmiddelen openstaan. Dit strookt met de wetsgeschiedenis, waaruit blijkt dat de wetgever beoogd heeft maatregelen met een voorlopig en ordenend karakter uit te sluiten. De beslissingen op grond van de artt. 1:265a t/m 1:265k BW zijn daarentegen ingrijpend en kunnen tot onomkeerbare gevolgen lijden.  Lees meer…

Meervoudige onderhandse aanbesteding en de beginselen van gelijkheid en transparantie

HR 25 maart 2016, ECLI:NL:HR:2016:503 (HLA/Kadaster)

Bij een meervoudige onderhandse aanbesteding is de aanbesteder vrij zelf de partijen te selecteren die hij tot die procedure wenst toe te laten. De beginselen van gelijke behandeling en transparantie brengen mee dat de aanbesteder zijn selectie wel moet baseren op objectieve criteria. In casu heeft het Kadaster een objectief selectiecriterium gehanteerd, door uitsluitend bedrijven uit te nodigen die interesse voor het onderhavige project hadden getoond. Lees meer…

HvJ EU kent ruime werking toe aan het recht op vrije advocaatkeuze in administratieve procedures

HvJ EU 7 april 2016, C-460/14, Massar/DAS) en HvJ EU 7 april 2016, C-5/15, Büyüktipi/Achmea c.s.

Het recht op vrije advocaatkeuze geldt ook voor (1) de ontslagprocedure ex art. 6 BBA en (2) de bezwaarprocedure tegen een indicatiebesluit van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Lees meer…

Wijziging of vermeerdering van eis in appel; wettelijke rente verrekenbeding samenlevingsovereenkomst

HR 25 maart 2016, ECLI:NL:HR:2016:493

(1) In appel komt op grond van art. 353 lid 1 jo. 130 Rv aan de oorspronkelijke eiser de bevoegdheid toe om zijn eis te veranderen of te vermeerderen. Deze bevoegdheid wordt slechts beperkt door de eisen van een goede procesorde en de twee conclusie-regel. (2) Een vordering uit hoofde van een verrekenbeding in een samenlevingsovereenkomst, waaraan eerder geen uitvoering was gegeven, ontstaat en wordt in beginsel opeisbaar op het moment waarop een van de partijen meedeelt de overeenkomst te beëindigen. Lees meer…

Evaluatierapport Cassatieadvocatuur; voldoende cassatieadvocaten, maar ook voor ieder rechtsgebied?

Op 1 juli 2012 traden de Wet versterking cassatierechtspraak én de Verordening vakbekwaamheidseisen civiele cassatieadvocatuur in werking. Eind maart verscheen het evaluatierapport van de Nederlandse Orde van Advocaten, waarin wordt teruggeblikt op de eerste drie jaar civiele cassatieadvocatuur. In de evaluatie zijn met name de effectiviteit en doelmatigheid van de regels over de vakbekwaamheid onder de loep gelegd. Lees meer…

Op herhaling: banken hebben een bijzondere zorgplicht jegens een particuliere borg

HR 1 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:543 (X / Aruba Bank N.V. en Island Finance Aruba N.V.)

Een professionele kredietverstrekker heeft een bijzondere zorgplicht jegens een particuliere borg, die ertoe strekt te verzekeren dat laatstgenoemde zich bewust is van de risico’s die hij aangaat door zich borg te stellen voor een schuld van een derde. Lees meer…

Omzetbelasting over deskundigenkosten moet worden vergoed aan onteigende BTW-ondernemer

HR 1 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:531 (onteigende/Staat)

De BTW over de door een onteigende gemaakte deskundigenkosten komt voor vergoeding in aanmerking, ook wanneer de onteigende een BTW-ondernemer is die belaste prestaties verricht. Deze BTW komt, kort gezegd, niet voor aftrek door de onteigende in aanmerking omdat de diensten van de deskundigen volgens de Hoge Raad rechtstreeks en onmiddellijk samenhangen met de vrijgestelde levering van het onteigende. Lees meer…

Perikelen rondom proceskosten en het stellen van zekerheid daarvoor

HR 19 februari 2016, ECLI:NL:HR:2016:298 (Sypesteyn c.s. / mr. Dekker q.q.)

Het feit dat de wederpartij haar statutaire zetel – en dus haar woonplaats in de zin van art. 1:10 BW – in Nederland heeft, staat in de weg aan het toewijzen van een incidentele vordering tot zekerheidstelling ex art. 224 Rv. Dit wordt niet anders door de omstandigheid dat deze partij een vestigingsadres heeft in een land dat niet is aangesloten bij het Haags Rechtsvorderingsverdrag 1954 (i.c. in Dubai, Verenigde Arabische Emiraten) en dat de in Nederland geen verhaal mogelijk is voor de proceskosten. Lees meer…

Tweede hoger beroep tegen hetzelfde vonnis is in beginsel ontvankelijk

HR 25 maart 2016, ECLI:NL:HR:2016:505

Een tweede hoger beroep tegen hetzelfde vonnis dat tijdig en op de juiste wijze is ingesteld, is in beginsel ontvankelijk en heeft alle rechtsgevolgen die de wet aan een regelmatig ingesteld hoger beroep verbindt. Dit is slechts anders indien het instellen van het tweede hoger beroep in de gegeven omstandigheden in strijd komt met de eisen van een goede procesorde of indien de behandeling daarvan niet te verenigen valt met een beslissing die inmiddels is gegeven in het eerder ingestelde hoger beroep. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl