Uitleg CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf: aanbiedingsplicht bij “contractwisseling” in verband met heraanbesteding

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3634 (Eiser c.s./Balans)

(1) De verplichting tot aanbieding van een arbeidsovereenkomst in de zin van art. 38 CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf ontstaat voordat met de uitvoering van het contract wordt begonnen. (2) Onder het ‘moment van de wisseling’ zoals bedoeld in het tweede lid van art. 38 CAO Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf dient te worden verstaan het moment waarop ingevolge het contract met de feitelijke werkzaamheden wordt begonnen. Lees meer…

Alimentatieverplichting hoeft niet in de weg te staan aan toelating tot de schuldsaneringsprocedure

HR 18 december 2015, ECLI:NLHR:2015:3631

Voor toelating tot de schuldsaneringsregeling moet voldoende aannemelijk zijn dat de schuldenaar geen nieuwe schulden zal doen ontstaan. Een op de verzoeker rustende alimentatieverplichting hoeft hier niet aan in de weg te staan, omdat zijn draagkracht zal worden aangepast aan de schuldsaneringssituatie waardoor hij geen of minder alimentatie zal hoeven te betalen. Lees meer…

Curator pro se kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van art. 10 lid 1 Fw

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3636 (Hoeksma q.q./R.M. Trade B.V.)

Antwoord op prejudiciële vragen. Indien een rechtspersoon op eigen aangifte failliet is verklaard, kan de curator uit eigen hoofde (‘pro se’) als belanghebbende in de zin van art. 10 lid 1 Fw worden aangemerkt en kan hij verzet doen tegen de faillietverklaring, indien hij dat verzet doet op grond van de stelling dat de boedel (nagenoeg) geen baten bevat en baten ook niet te verkrijgen of anderszins te verwachten zijn. Lees meer…

Herstel verzuim in geval van verzoek wraking

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3633

Het hof had het voorschrift van art. 39 lid 1 Rv (behandeling door meervoudige kamer waarvan rechter wiens wraking is verzocht geen deel uitmaakt) niet buiten toepassing mogen laten op de grond dat het wrakingsverzoek niet was ondertekend door een advocaat. Aan de verzoeker had gelegenheid behoren te worden geboden dat verzuim te herstellen (vergelijk art. 281 lid 1 in verbinding met art. 362 Rv). Lees meer…

Maatstaf bij wijziging van alimentatie i.g.v. bewuste gedeeltelijke afwijking van de wettelijke maatstaven

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3635

Wanneer partijen in hun echtscheidingsconvenant bewust zijn afgeweken van de wettelijke maatstaven, kan de rechter de alimentatie slechts wijzigen indien vanwege gewijzigde omstandigheden ongewijzigde instandhouding daarvan niet kan worden gevergd. Deze inbreuk op de wijzigingsbevoegdheid van art. 1:401 lid 1 BW strekt echter niet verder dan ingevolge de afspraken tussen partijen gerechtvaardigd is. De gevolgen van een bewuste afwijking ten aanzien van specifieke punten dienen zich dan ook niet verder uit te strekken dan ten aanzien van die punten zelf. Lees meer…

Toestemming echtgenoot voor borgstelling door bestuurder vennootschap (art. 1:88 BW)

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3606 (eiser / ING)

Onbegrijpelijk is het oordeel van het hof dat het aangaan van een overbruggingskrediet behoort tot de rechtshandelingen die in de normale uitoefening van het bedrijf plegen te worden verricht. De omstandigheid dat het overeengekomen krediet mede ertoe strekte de onderneming in staat te stellen haar normale bedrijfsuitoefening nog gedurende die te overbruggen periode voort te zetten, ontneemt aan deze rechtshandeling niet haar uitzonderlijke karakter. Lees meer…

Cassatierekest kan niet per mail worden ingediend

HR 18 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3614

De voorbereidingen voor invoering van het digitale procederen zijn in volle gang, maar voorlopig kan het cassatierekest uitsluitend ter griffie, per post of per fax worden ingediend (art. 3.1 jo. 10.1 van het Reglement rekestzaken). Met deze regeling is de toegang tot de Hoge Raad niet in het geding. Een cassatierekest dat per e-mail werd ingediend, werd dan ook niet-ontvankelijk verklaard. Lees meer…

Verkorting termijn partneralimentatie wegens misbruik van (proces)recht mag, maar niet d.m.v. premature ingangsdatum

HR 11 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3567

(1) De rechter mag de partneralimentatie niet op een eerdere datum doen ingaan dan de datum waarop de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand wordt ingeschreven; ook niet indien hiermee beoogd wordt misbruik van (proces)recht door de alimentatiegerechtigde te sanctioneren. (2) Het hof overschreed de grenzen van de rechtsstrijd door de alimentatieplicht vijf jaar na de inschrijvingsdatum op nihil te stellen, nu de man met zijn beroep op misbruik van procesrecht een verkorting van de termijn van vijf jaar beoogde.  Lees meer…

Verhaalsbeding voor bestuurlijke Wav-boete is in beginsel toelaatbaar

HR 11 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3568

Antwoord op prejudiciële vraag. Een beding dat ertoe strekt dat een opgelegde boete wegens niet-naleving van de verplichtingen uit de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) door de aannemer kan worden verhaald op de onderaannemer, doet als zodanig geen onaanvaardbare afbreuk aan het doel of de strekking van de Wav en is in beginsel dus niet nietig wegens strijd met de wet, de openbare orde of de goede zeden (art. 3:40 BW). Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl