Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 14 maart 2025, ECLI:NL:HR:2025:388

(i) Van dezelfde gebeurtenis(sen) en gelijksoortige feitelijke en rechtsvragen (art. 1018d lid 1 Rv) kan ook sprake zijn bij een collectieve vordering die deels tegen andere rechtspersonen is gericht of wordt ingesteld ten behoeve van een (gedeeltelijk) andere achterban dan de eerdere collectieve vordering.

(ii) De termijnverlenging in art. 1018d lid 2 Rv geldt alleen voor de rechtspersoon die om die verlenging heeft verzocht en heeft dus geen algemene werking.

(iii) Een mede-eiser die zich wat betreft de ontvankelijkheid van eiser schaart bij de wederpartij is geen wederpartij wat betreft de kostenveroordeling.

(meer…)

Hoge Raad 14 maart 2025, ECLI:NL:HR:2025:388

Een collectieve vordering die deels tegen andere rechtspersonen is gericht of wordt ingesteld ten behoeve van een (gedeeltelijk) andere achterban dan de eerdere collectieve vordering, kan zien op ‘dezelfde gebeurtenis of gebeurtenissen’ en ‘gelijksoortige feitelijke en rechtsvragen’ ex art. 1018d lid 1 Rv. Een beslissing op een verlengingsverzoek zal zijn toegesneden op de situatie van de rechtspersoon die om verlenging heeft verzocht. Aangenomen moet worden dat een verlenging naar de bedoeling van de wetgever uitsluitend voor deze rechtspersoon geldt en dus geen algemene werking heeft. Jellis Jansen bespreekt de uitspraak in drie minuten.

HR 21 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:321

(i) De Staat is niet verplicht om anticonceptie kosteloos te maken voor vrouwen ouder dan 18 jaar.

(ii) De gegevens die bij een collectieve actie ex art. 3:305a BW op grond van art. 1018c Rv in de dagvaarding moeten worden opgenomen, hoeven niet ook te worden opgenomen in de appeldagvaarding of de procesinleiding in cassatie. Ook hoeven deze processtukken niet te worden aangetekend in het centraal register.

(meer…)

HR 20 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1904

Voor dwangsommen geldt een korte verjaringstermijn van zes maanden. Die termijn wordt gestuit door het instellen van een eis of een andere daad van rechtsvervolging die in de vereiste vorm geschiedt. Daarvan is in beginsel geen sprake als een dwangsomschuldenaar ter zake van de dwangsommen een executiegeschil aanhangig maakt. Een vonnis waarbij op dit executiegeschil wordt beslist, is ook niet een uitspraak zoals bedoeld in art. 3:324 lid 1 BW en maakt niet dat de daar genoemde verjaringstermijn van twintig jaar op de dwangsommen van toepassing is.

(meer…)

Kennisclip Hoger beroep #15: Uitvoerbaarheid bij voorraad en schorsing

In hoger beroep kan worden gevorderd dat de uitspraak in eerste aanleg alsnog uitvoerbaar bij voorraad is. Ook het omgekeerde is mogelijk: de uitvoerbaarheid bij voorraad kan geschorst worden. In deze kennisclip gaat Jerre de Jong in op deze mogelijkheden. Hij bespreekt daarbij de verschillende wegen die partijen kunnen bewandelen, van een afzonderlijk kort geding tot een vordering tot zekerheidstelling.

Benieuwd naar meer? Klik de link en bekijk de 17-delige serie Kennisclips Hoger Beroep op ons YouTube kanaal.

Cassatieblog.nl