Dossier: Arbeidsrecht


HR 30 augustus 2024, ECLI:NL:HR:2024:1102

De rechter kan niet volstaan met de constatering dat de tekst van een werkingssfeerbepaling onvoldoende duidelijk is, en op alleen die grond oordelen dat bepaalde bedrijfsactiviteiten niet onder de werkingssfeerbepaling vallen. Ook in zo’n geval moet de betekenis van de gebruikte bewoordingen aan de hand van objectieve maatstaven worden vastgesteld. (meer…)

HR 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1322

De woorden ‘arbeitsvertraglich verpflichtet’ uit het arrest Hein/Holzkamm moeten niet zo worden begrepen dat overwerk alleen meetelt bij het vaststellen van vakantieloon, als de werkgever het verrichten van overwerk eenzijdig kan afdwingen. (meer…)

HR 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1309

De Xella-norm over een transitievergoeding bij slapende dienstverbanden kan ook van toepassing zijn op een voor 20 juli 2018 gedaan verzoek als de werkgever daarop op die datum nog (nader) diende te beslissen. (meer…)

HR 27 september 2024, ECLI:NL:HR:2024:1303

Richtlijnconforme uitleg van het begrip ‘loon’ uit art. 8 lid 1 Waadi. Het gaat om alle huidige of toekomstige voordelen in geld of natura, die door de werkgever aan de werknemer uit hoofde van zijn dienstbetrekking worden toegekend. Hieronder vallen ook bonussen of resultaatsvergoedingen. (meer…)

Hoge Raad 20 september 2024 ECLI:NL:HR:2024:1278
Hoge Raad 20 september 2024 ECLI:NL:HR:2024:1281

De klachtplicht (art. 6:89 BW) is ook van toepassing op arbeidsrechtelijke loonvorderingen. Dat laat onverlet dat de aard en inhoud van de rechtsverhouding en de prestatie wel van belang zijn bij de beoordeling of de schuldeiser aan zijn klachtplicht heeft voldaan. De klachtplicht vereist overigens een ‘gebrek’ in een prestatie en geldt niet wanneer überhaupt niet gepresteerd is. Of van dat laatste sprake is bij het niet volledig betalen van loon of een overwerkvergoeding hangt af van de omstandigheden van het geval. Giel Wind behandelt de klachtplicht aan de hand van twee recente arresten van de Hoge Raad.

 

HR 17 mei 2024, ECLI:NL:HR:2024:727 (De Verenigde Arabische Emiraten / werkneemster)

(i) Een vreemde staat die geen afstand wil doen van de hem toekomende immuniteit van jurisdictie, moet zich op deze immuniteit beroepen voor alle verweren ten gronde. Dat geldt ook als die vreemde staat als werkgever in een ontslag- of beëindigingsprocedure is betrokken.

(ii) Immuniteit van executie staat niet in de weg aan het opleggen van een dwangsom aan een vreemde staat of internationale organisatie. (meer…)

Cassatieblog.nl