Alle berichten van: Martijn Scheltema


HR 31 maart 2023, ECLI:NL:HR:2023:497

 De gemeente Kaag en Braassem verleende geen privaatrechtelijke toestemming voor het liggen van een woonark in aan haar toebehorend water omdat het gebruik als ligplaats in het bestemmingsplan was wegbestemd. Zij vorderde ook ontruiming van het waterperceel. Het hof meende dat de gemeente daarmee misbruik maakte van haar privaatrechtelijke bevoegdheid, althans sprake was van onaanvaardbare doorkruising, omdat het overgangsrecht onder het bestemmingsplan het gebruik als ligplaats voor de woonark toestond. De Hoge Raad casseert en oordeelt dat de gemeente gebruik kon maken van haar privaatrechtelijke bevoegdheid en toestemming kon weigeren. (meer…)

HR 16 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1866

De Belastingdienst heeft in het kader van een wettelijke regeling inkomensgegevens verstrekt aan verhuurders die aan de hand van die gegevens konden bepalen of en hoeveel de huur kon worden verhoogd. Nadat een huurder daartegen bij de bestuursrechter beroep had ingesteld en inhoudelijk in het gelijk was gesteld, begon de Woonbond een collectieve actie (nog onder het oude art. 3:305a BW) voor een verklaring voor recht dat die gegevensverstrekking onrechtmatig was. De vraag rees of zij daarin ontvankelijk was nu ook voor individuele huurders de weg naar de bestuursrechter openstond. De Hoge Raad oordeelt dat dit zo is. (meer…)

Hoge Raad 25 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1738 (het Waterschap/ eiser 2)

In deze zaak komt aan de orde wanneer een gerechtvaardigde vrees bestaat dat een rechter niet onpartijdig is. Verder wordt besproken wat de gevolgen zijn als daarvan sprake is. Martijn Scheltema bespreekt deze zaak.

 

Cassatievlog #039 is ook als podcast beschikbaar.

HR 23 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1267

Het is een werkgever toegestaan om een uitvoeringsovereenkomst met een pensioenfonds te beëindigen en alleen voor de op het moment van beëindiging nog actieve deelnemers (dat wil zeggen de werknemers die op dat moment nog in dienst zijn) een pensioenregeling te treffen met een verzekeraar met daarin een voorwaardelijke indexeringsmogelijkheid, terwijl de tot dan toe opgebouwde pensioenen voor alle actieve en gewezen deelnemers, alsmede voor de gepensioneerden, worden achtergelaten bij het pensioenfonds met de consequentie dat dit pensioenfonds wordt geliquideerd en de indexeringsregeling voor de reeds opgebouwde pensioenen na overdracht aan een verzekeraar vervalt. Dat levert geen ongerechtvaardigde ongelijke behandeling op door de werkgever.  (meer…)

HR 9 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1181 (IMPI/X)

Indien zekerheidstelling wordt gelast is het, in verband met de eisen van art. 6:51 lid 2 BW, niet nodig dat een schriftelijke depotovereenkomst wordt gesloten als het door de rechter bepaalde bedrag op een notariële kwaliteitsrekening wordt gestort en aan zekerheidstelling ook geen verdere eisen zijn gesteld. Beoordeeld moet dan worden of de verweerder ten behoeve van wie zekerheid is gesteld in de omstandigheden van het geval zonder moeite verhaal kan nemen op de depotstorting.  (meer…)

Cassatieblog.nl