Dossier: Caribisch recht (Aruba, Curaçao en Sint Maarten, BES)


HR 12 juli 2024, ECLI:NL:HR:2024:977 en ECLI:NL:2024:978 

In Aruba en Curaçao is het huwelijk nu opengesteld voor personen van gelijk geslacht. Dit is beslist in vonnissen van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, die door de Hoge Raad in stand zijn gelaten. Sikke Kingma, cassatieadvocaat bij Pels Rijcken bespreekt dit arrest.

 

Cassatievlog #103 is ook als podcast beschikbaar.

 

 

HR 21 juni 2024 ECLI:NL:HR:2024:917

In deze cassatieprocedure in het belang der wet gaat het om de vraag of de term ‘veroordeeld wegens misdrijf’ in art. 7 lid 1, onder a, Landsverordening integriteit (kandidaat-)ministers van het land Curaçao ook omvat een schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel zoals bedoeld in art. 9a van het Wetboek van Strafrecht. De Hoge Raad beantwoordt die vraag bevestigend. (meer…)

HR 12 april 2024, ECLI:NL:HR:2024:583

(i) De betwistingsprocedure van art. 477a lid 2 Rv strekt tot vaststelling welke vorderingen en zaken door het derdenbeslag zijn getroffen, en of de verplichte verklaring van de derde daarover (art. 476a lid 1 Rv) juist is. Niet van belang is of de derde voorafgaand aan de betwistingsprocedure wist of behoorde te weten dat zijn verklaring over de beslagen vorderingen en zaken onjuist was.

(ii) Een rechtsverhouding tussen derde-beslagene en geëxecuteerde is niet vereist voor een executoriaal derdenbeslag.  (meer…)

HR 1 september 2023, ECLI:NL:HR:2023:1146 (Sint Maarten Ports Development/Harbour Side Properties & Ballerina)

Wanneer een rechter een bewijsvermoeden aanneemt, kan hij daarvan later terugkomen omdat voldoende tegenbewijs geleverd is. Dat staat er niet aan in de weg dat hij uiteindelijk alsnog oordeelt dat het benodigde bewijs geleverd is. Het ging immers slechts om een vermoeden, dat door tegenbewijs ‘ontzenuwd’ werd. Maar wanneer dat tegenbewijs relevant, specifiek en voldoende onderbouwd is, moet de rechter dat kenbaar betrekken bij zijn uiteindelijke oordeel dat het benodigde bewijs tóch geleverd is. Dat oordeelt de Hoge Raad in dit arrest. (meer…)

HR 7 juli 2023, ECLI:NL:HR:2023:1057

Slagende rechts- en motiveringsklachten tegen oordeel van het hof dat veilingkoper gehouden is om uit timeshare-overeenkomsten voortvloeiende gebruiksrechten te eerbiedigen en in dat verband uitgesproken gebod. Tevens ten onrechte geen rekening gehouden met feiten en omstandigheden van ná eerdere vernietiging door de Hoge Raad (meer…)

HR 23 december 2022  ECLI:NL:HR:2022:1940

Het oordeel van het hof dat de grieven aangaande opschorting samenhangen met de grieven aangaande dwaling, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Het beroep op opschorting en het beroep op dwaling steunen namelijk op dezelfde feitelijke omstandigheid. (meer…)

Cassatieblog.nl