Selecteer een pagina

Alle berichten van: Sikke Kingma


HR 20 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:2057 (Refresco/Red Bull)

Een dienstverlener die in opdracht en volgens aanwijzingen van een derde verpakkingen afvult die hem door deze derde ter beschikking zijn gesteld en waarop door diens toedoen daaraan voorafgaand een teken is aangebracht dat gelijk is aan of overeenstemt met een als merk beschermd teken, maakt zelf geen gebruik maakt van dit teken dat op grond van art. 5 lid 1 sub b MRl kan worden verboden. (meer…)

HR 20 december 2013, ECLI:NL:HR:2013:2042 (MAG/Edco II)

Het overgangsrecht bij de schrapping van art. 14 lid 8 BTMW (oud), dat in geval van samenloop van modellenrecht en slaafse nabootsing het inroepen van de bescherming van dat laatste leerstuk verhinderde, gaat uit van eerbiedigende werking. (meer…)

Hoge Raad 25 oktober 2013, ECLI:NL:HR:2013:1036 (S&S/Esschert)

(1) De vrijheid die de Europese regelgever aan de nationale rechtsstelsels heeft willen overlaten om te bepalen of en, zo ja, in hoeverre een model auteursrechtelijk wordt beschermd, is beperkt door rechtspraak van het HvJEU waarin het auteursrechtelijk werkbegrip is geharmoniseerd. (2) Voor het ontstaan van opdrachtgeversauteursrecht op een model hoeft het model naar Benelux-recht niet te voldoen aan de vereisten voor bescherming van een model (nieuwheid en eigen karakter), maar is voldoende dat het te beschermen werk als model wordt beschouwd (het uiterlijk van een voortbrengsel of een deel ervan vormt). (meer…)

HR 4 oktober 2013, ECLI:NL:HR:2013:851 (Het Parool c.s./Van P.)

Bij een onrechtmatige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer in een perspublicatie is de aanspraak op vergoeding van immateriële schade wegens aantasting in de persoon gegeven. (meer…)

HR 27 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:CA1733

1. Als een provisionele eis in een IE-zaak dezelfde strekking heeft als de vordering in de hoofdzaak, moet de rechter bij de bepaling van de proceskosten gemaakt voor het verweer tegen de provisionele eis, onderzoeken welke extra kosten met dat verweer gemoeid zijn geweest, bovenop de kosten die toch al gemaakt moesten worden voor de hoofdzaak.
2. Wanneer sprake is van samenhangende vorderingen in conventie en in reconventie en de kosten door partijen niet zijn uitgesplitst (wat vaak ook niet mogelijk is) staat het de rechter vrij te bepalen welk gedeelte van de telkens opgevoerde kosten aan de conventie, respectievelijk de reconventie moet worden toegerekend. (meer…)

Cassatieblog.nl