Selecteer een pagina

Alle berichten van: Hidde Volberda


HR 4 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1579

In dit arrest gaat het om de principiële vraag of de Staat en de Ontvanger gerechtigd zijn om op grond van onrechtmatige daad bij wijze van schadevergoeding een derde aansprakelijk te stellen voor van een belastingplichtige niet geheven belasting, en betaling van die niet geheven belasting te vorderen ingeval op grond van de desbetreffende belastingwet, meer in het bijzonder wegens fiscaalrechtelijke verjaring, aan de belastingplichtige geen aanslag is, en ook niet meer kan worden, opgelegd. De Hoge Raad beantwoordt deze vraag ontkennend. Op grond van artikel 104 Grondwet worden belastingen geheven uit kracht van een (publiekrechtelijke) wet. Bij gebrek aan een publiekrechtelijke  grondslag is privaatrechtelijk verhaal op derden, door wier onrechtmatig handelen belastinggelden zijn misgelopen, in een dergelijk geval in strijd met dit belastingrechtelijke legaliteitsbeginsel. (meer…)

Cassatieblog HR 18 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1697

In dit geschil tussen twee advocaten is de vraag aan de orde of een van de advocaten tijdens de zitting gedane uitlatingen over de andere advocaat moet rectificeren. De bevestigende beantwoording van die vraag door het hof kan volgens de Hoge Raad niet in stand blijven. Het gaat namelijk om uitlatingen in een reeks doorgestuurde berichten van een derde, waarvan de advocaat afstand heeft genomen. In het licht van die omstandigheden is onbegrijpelijk het oordeel van het hof  dat uit het samenstel van alle uitlatingen volgt dat de advocaat de advocaat wederpartij ergens van beschuldigt en dat de uitlatingen aan hem zijn toe te rekenen.  (meer…)

HR 14 oktober 2022, ECLI:NL:HR:2022:1447

(i) Het hof had de kosten van het deskundigenbericht niet op voet van art. 237 Rv volledig voor rekening van eiser mogen brengen zonder in te gaan op het gemotiveerde verweer dat deze kosten bovenmatig of onnodig waren.
(ii) De devolutieve werking van het hoger beroep brengt mee dat het hof in had moeten gaan op de stellingen van verweerder in eerste aanleg over een afwijkende ingangsdatum van de prijswijziging.  (meer…)

HR 2 december 2022, ECLI:NL:HR:2022:1813

Deze zaak draait om een werkneemster die aansprakelijk is gesteld voor schade toegebracht aan een bedrijf dat is gelieerd aan haar werkgever. De Hoge Raad oordeelt dat de verhoogde aansprakelijkheidsdrempel van art. 7:661 lid 1 BW ook geldt in de rechtsverhouding tussen een werknemer en vennootschappen bij wie deze niet in dienst is, maar die wel gelieerd zijn aan zijn werkgever en waarvoor hij bovendien af en toe werkzaamheden verricht. Daarnaast oordeelt de Hoge Raad dat het hof niet afdoende heeft gemotiveerd dat de stellingen van de werkgever ter onderbouwing van de vordering onvoldoende concreet zijn. Ten slotte heeft het hof het bewijsaanbod van de werkgever op onjuiste en ontoereikende gronden verworpen. (meer…)

HR 18 november 2022, ECLI:NL:HR:2022:1724

A-G Lückers heeft cassatieberoep in het belang der wet ingesteld. Zij vraagt de Hoge Raad terug te komen van eerdere rechtspraak waarin is bepaald dat een beding in de voorhuwelijkse huwelijkse voorwaarden, inhoudende dat wordt afgezien van de verplichting tot het betalen van partneralimentatie, nietig is op grond van art. 1:400 lid 2 BW. De Hoge Raad komt niet terug van zijn eerdere rechtspraak. Het ligt op de weg van de wetgever om de door de A-G voorgestelde wijziging door te voeren.

(meer…)

Cassatieblog.nl