Onvoldoende gemotiveerde toepassing van doorbraak aansprakelijkheidsbeperking vervoerder (art. 29 CMR) bij diefstal vrachtwagen

Onvoldoende gemotiveerde toepassing van doorbraak aansprakelijkheidsbeperking vervoerder (art. 29 CMR) bij diefstal vrachtwagen

HR 10 augustus 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW6747 (X/Traxys c.s.)

Voor doorbraak van de beperkte aansprakelijkheid van de vervoerder (art. 29 CMR) is slechts plaats indien sprake is geweest van gedrag dat moet worden aangemerkt als roekeloos en met de wetenschap dat de schade er waarschijnlijk uit zou voortvloeien. Dit is volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad het geval wanneer de vervoerder het aan die gedraging verbonden gevaar kent en zich ervan bewust is dat de kans dat het gevaar zich zal verwezenlijken aanzienlijk groter is dan de kans dat dit niet zal gebeuren, maar hij zich door dit een en ander niet van dit gedrag laat weerhouden. De omstandigheden die het hof ten grondslag heeft gelegd aan zijn oordeel dat in dit geval – waarin het gaat om diefstal van een geparkeerde vrachtwagen met een kostbare lading – aan deze eisen is voldaan, kunnen dat oordeel niet dragen. Lees meer…

Maatstaf splitsing gemengde huurovereenkomst

Maatstaf splitsing gemengde huurovereenkomst

HR 10 augustus 2012, LJN BW6737 (Gemeente Rotterdam/Utopia U.A.)

Voor de beantwoording van de vraag of in een geval waarin partijen een gemengde huurovereenkomst hebben gesloten die betrekking heeft op een combinatie van woonruimte, 230a-bedrijfsruimte of 290-bedrijfsruimte, splitsing van de huurovereenkomst mogelijk is in afzonderlijke huurovereenkomsten voor de verschillende categorieën ruimten, dient de rechter acht te slaan op alle omstandigheden van het geval, waaronder het gebruik dat partijen bij het sluiten van de overeenkomst voor ogen heeft gestaan, het gebruik dat thans van het gehuurde wordt gemaakt, de inrichting van het gehuurde in relatie tot dat gebruik en de gevolgen van een eventuele splitsing voor het (overeengekomen en feitelijk) gebruik door de huurder. Lees meer…

Korte verjaringstermijn consumentenkoop ook toepasselijk op een met de koop (voldoende) verbonden kredietovereenkomst

Korte verjaringstermijn consumentenkoop ook toepasselijk op een met de koop (voldoende) verbonden kredietovereenkomst

HR 10 augustus 2012, LJN BW4992 (X/Defam Financieringen)

Tussen een overeenkomst van consumentenkoop en een overeenkomst tot financiering van de daarbij overeengekomen koopprijs door een derde kan een dusdanige verbondenheid bestaan, dat de bescherming die art. 7:28 BW aan de consument-koper beoogt te bieden, zich mede uitstrekt tot de vordering tot aflossing van het krediet. Of van een zodanige verbondenheid sprake is, dient te worden vastgesteld door uitleg van de rechtsverhouding in het licht van de omstandigheden. Lees meer…

Eerste prejudiciële vraag aan de Hoge Raad

Eerste prejudiciële vraag aan de Hoge Raad

Rechtbank Utrecht 3 augustus 2012, LJN BX3391

Een maand na de inwerkingtreding van de Wet prejudiciële vragen aan de Hoge Raad is de eerste prejudiciële vraag aan de Hoge Raad een feit. De  primeur is afkomstig van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Utrecht (vonnis van 3 augustus 2012, LJN BX3391). De vraag heeft betrekking op de reikwijdte van de executoriale kracht van een hypotheekakte; strekt die zich ook uit tot de restantvordering uit hoofde van een overeenkomst van geldlening die ten tijde van de hypotheekverstrekking al bestond? Lees meer…

Geen voorafgaande behandeling incidentele vordering tot oproeping geëxecuteerde in verklaringsprocedure

Geen voorafgaande behandeling incidentele vordering tot oproeping geëxecuteerde in verklaringsprocedure

HR 13 juli 2012  ECLI:NL:HR:2021:BW4008 (X c.s./Ontvanger van de Belastingdienst Rivierenland)

Op een incidentele vordering wordt eerst en vooraf beslist indien dit uit een bijzondere wettelijke regel volgt of “indien de zaak dat medebrengt” (art. 209 Rv). Bij de toepassing van deze maatstaf dient de rechter na te gaan of een voorafgaande behandeling en beslissing redelijkerwijs geboden zijn en niet leiden tot een onredelijke vertraging van het geding. In dit geval, waarin een incidentele vordering is ingesteld tot oproeping van de geëxecuteerde in een verklaringsprocedure, brengt de aard van deze incidentele vordering niet mee dat daarop voorafgaand moet worden beslist, nu voor de oproeping van de geëxecuteerde geen verlof van de rechter nodig is. Lees meer…

Kwalificatie huur onroerende zaak: onbebouwd of gebouwd?

Kwalificatie huur onroerende zaak: onbebouwd of gebouwd?

HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW3217 (Z/NS Vastgoed B.V.) en
HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW7172 (X/Gemeente Rotterdam)

Als een onbebouwd terrein aan de huurder ter beschikking wordt gesteld met de bedoeling of de verplichting dat de huurder daarop een bebouwing zal oprichten, bestemd om te worden gebruikt als bedrijfsruimte in de zin van art. 7:290 e.v. BW, is afdeling 7.4.6 BW in beginsel niet van toepassing. Het oordeel dat een dergelijke huurovereenkomst alleen betrekking heeft op het terrein en niet op de daarop aanwezige en nog op te richten opstallen, is niet rechtens onjuist op grond van het enkele feit dat de door de huurder op te richten bebouwing reeds op het terrein aanwezig was toen de huurovereenkomst inging. Lees meer…

Aandelenlease opnieuw aangemerkt als koop op afbetaling en huurkoop

Aandelenlease opnieuw aangemerkt als koop op afbetaling en huurkoop

HR 13 juli 2012, LJN BW4989 (Delta Lloyd Bank/X)

Bij de beoordeling of sprake is van koop op afbetaling en huurkoop dient de rechter door de contractuele constructie heen te kijken. Dat brengt mee dat sprake kan zijn van huurkoop – zodat voor het aangaan daarvan op straffe van vernietigbaarheid schriftelijke toestemming van de echtgenoot is vereist – wanneer de deelnemer in een aandelenleaseproduct direct rechthebbende wordt van een giraal effectentegoed (en niet eerst na betaling van de koopprijs), maar daarover niet kan beschikken als gevolg van een ten behoeve van de bank op de aandelen gevestigd openbaar pandrecht. Dat een aandelenleaseovereenkomst de kenmerken heeft van geldlening, opdracht en/of effectenbemiddeling, staat er niet aan de weg dat tevens sprake kan zijn van koop op afbetaling. Lees meer…

Archief

Cassatieblog.nl