Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: algemene voorwaarden


HR 9 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:3013 (Meegaa/Verweerder)

De vraag of in het kader van een mondeling gesloten overeenkomst een verwijzing op een afleverbon naar een exoneratie of algemene voorwaarden leidt tot toepasselijkheid daarvan, moet worden beantwoord aan de hand van de wilsvertrouwensleer (art. 3:33/3:35 BW). (meer…)

HR 13 september 2013, ECLI:NL:HR:2013:691

De Hoge Raad geeft een overzicht van de rechtspraak van het HvJ EU over de ambtshalve toepassing van de Richtlijn oneerlijke bedingen en concludeert daaruit dat de appelrechter gehouden is ambtshalve na te gaan of een beding in algemene voorwaarden oneerlijk is in de zin van de richtlijn, ook als hij daarbij buiten het door de grieven ontsloten gebied moet treden. De appelrechter is echter niet tot dit ambtshalve onderzoek gehouden als tegen de toe- of afwijzing van de desbetreffende vordering in hoger beroep niet is opgekomen en hij derhalve als appelrechter niet bevoegd is om over die vordering een beslissing te geven. (meer…)

HR 21 september 2012, ECLI:NL:HR:2012:BW6135

Het oordeel dat een in algemene voorwaarden voorkomend arbitraal beding onredelijk bezwarend en derhalve op grond van art. 6:233 BW vernietigbaar is, moet steunen op een specifieke motivering waarin zijn betrokken de aard en de overige inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de voorwaarden tot stand zijn gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen en de overige omstandigheden van het geval. Het hof heeft ten onrechte zijn oordeel dat het onderhavige arbitraal beding onredelijk bezwarend is niet gebaseerd op de bijzondere omstandigheden van dit geval, maar op een algemene argumentatie die gelijkelijk geldt voor ieder arbitraal beding in algemene voorwaarden in een geval als het onderhavige. (meer…)

HR 11 mei 2012,ECLI:NL:HR:2012:BW0730 (X/Dealkent Ltd)

Afdeling 6.5.3 BW (Algemene voorwaarden) is niet van toepassing als de betrokken partijen handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf en niet beide in Nederland zijn gevestigd (art. 6:247 lid 2 BW). (meer…)

HR 27 april 2012, LJN BV5560 (X c.s./Deloitte Belastingadviseurs)

Zonder nadere motivering valt niet in te zien waarom de enig aandeelhouder van een groot bedrijf en zijn kinderen behoren tot de in art. 6:235 BW bedoelde personen, die geen beroep kunnen doen op de vernietigingsgronden van art. 6:233 en 234 BW. (meer…)

Cassatieblog.nl