Selecteer een pagina

Dossier: Proces- en beslagrecht


HR 17 juni 2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ1774

Een beslissing op een tijdig ingediend verzoek om uitstel voor het verrichten van een proceshandeling in een geval dat dit uitstel slechts op grond van klemmende redenen toewijsbaar is, wordt in alle gevallen gegeven op een zodanig tijdstip dat in geval van weigering (of buiten behandeling laten) de verzoeker alsnog de proceshandeling waarvoor uitstel was gevraagd zo mogelijk alsnog tijdig kan verrichten. Dat geldt ongeacht of het juiste H-formulier is gebruikt en of daarin klemmende redenen zijn vermeld. (meer…)

HR 10 juni 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP9038

Nadat partijen in hoger beroep arrest hadden gevraagd in een incident, heeft het hof ten onrechte meteen ook arrest gewezen in de hoofdzaak. Het hof had partijen in dit geval eerst nog in de gelegenheid moeten stellen om in de hoofdzaak pleidooi te vragen. (meer…)

HR 27 mei 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP8689

In deze zaak gaat het om de vraag of het forumkeuze beding dat is opgenomen in de algemene voorwaarden van een Nederlandse rumverkoper voldoet aan de vormvereisten van art. 23 lid 1 EEX-Verordening. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het hof wegens miskenning van het bewijsvermoeden van art. 23 lid 1 sub c EEX-Vo. (meer…)

HR 27 mei 2011, ECLI:NL:HR:2011:BP8693

Wanneer op de voet van art. 27 Fw ontslag van instantie is verleend zonder dat de curator van de gefailleerde partij behoorlijk is opgeroepen, kan deze fout niet worden hersteld langs de weg van art. 31 Rv. Wel gaat in dat geval voor de curator een nieuwe appeltermijn van veertien dagen lopen vanaf het moment dat hij van de beslissing kennis heeft genomen. (meer…)

HR 29 april 2011 ECLI:NL:HR:2011:BQ3006 en ECLI:NL:HR:2011:BQ2933)

In twee arresten van 29 april 2011 (ECLI:NL:HR:2011:BQ3006 en ECLI:NL:HR:2011:BQ2933) heeft de Hoge Raad zich uitgesproken over enkele vragen in verband met de Wet griffierechten in burgerlijke zaken (WGBZ): hoe moet de vierwekentermijn voor betaling van het griffierecht (art. 3 lid 3 WGBZ) worden berekend, en wat zijn de gevolgen wanneer in de cassatiedagvaarding niet de gevolgen zijn vermeld van het niet tijdig betalen van het verschuldigde griffierecht door verweerder (art. 411 lid 1 Rv)? (meer…)

Cassatieblog.nl