Selecteer een pagina

Alle berichten met de tag: stelplicht en bewijslast


HR 9 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:1069 (Vado Properties Maastricht/Gemeente Maastricht)

De onteigeningsrechter heeft de taak om de schadeloosstelling voor onteigening zelfstandig vast te stellen, wat meebrengt dat de onteigeningsrechter zelf nader onderzoek moet doen als de gedingstukken daar aanknopingspunten voor bevatten. In een geval dat zulke aanknopingspunten bestaan mag hij een aanbod om stukken over te leggen niet als tardief buiten beschouwing laten. (meer…)

HR 17 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:273 (Eiser/De Goudse)

Conform vaste rechtspraak moet de omvang van schade door verminderd arbeidsvermogen na een ongeval worden vastgesteld door een vergelijking te maken tussen het inkomen van de benadeelde in de feitelijke situatie na het ongeval en het inkomen dat de benadeelde in de hypothetische situatie zonder ongeval zou hebben verworven. Aan de benadeelde, op wie de stelplicht en bewijslast rusten, mogen in dit verband geen strenge eisen worden gesteld. Bij de beoordeling van de hypothetische situatie moeten de goede en kwade kansen worden afgewogen, waarbij de feitenrechter een aanzienlijke mate van vrijheid heeft. (meer…)

HR 14 oktober 2016, ECLI:NL:HR:2016:2371 (N.N. c.s./Staat) en ECLI:NL:HR:2016:2354 (Staat/Servaas)

De Hoge Raad past zijn prejudiciële beslissing van 30 september 2016 (ECLI:NL:HR:2016:2236, CB 2016-153) toe in twee reguliere cassatiezaken. Het is aan de schuldeiser die beslag wil leggen op de eigendommen van een vreemde staat om te bewijzen dat die eigendommen vatbaar zijn voor beslag en executie. Dit geldt óók wanneer het staatseigendom een tegoed is dat voor zowel publieke als commerciële doeleinden wordt gebruikt. Een vreemde staat kan ook uitdrukkelijk afstand doen van immuniteit van executie, maar daarvan is in het Energiehandvest geen sprake. (meer…)

HR 30 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:2236

Eigendommen van vreemde staten zijn niet vatbaar voor beslag en executie, tenzij en voor zover is vastgesteld dat deze een niet-publieke bestemming hebben. De stelplicht en bewijslast voor de vatbaarheid voor beslag en executie rusten op de schuldeiser die beslag wil leggen op goederen van een vreemde staat, en deze vatbaarheid moet ook worden onderzocht als de vreemde staat verstek laat gaan. Dit geldt voor zowel conservatoir als executoriaal beslag, en is niet in strijd met art. 6 EVRM of het Nederlandse beslagrecht. (meer…)

HR 15 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:660 (Provincie Noord-Holland c.s./Gemeente Amsterdam)

Een voor onbepaalde tijd gesloten duurovereenkomst kan naar de bedoeling van partijen niet-opzegbaar zijn, met dien verstande dat de wederpartij van degene die zich op de niet-opzegbaarheid beroept, onder omstandigheden daartegen een beroep kan doen op art. 6:248 lid 2 BW en 6:258 BW. De stelplicht en bewijslast van de niet-opzegbaarheid rusten op de partij die zich daarop beroept. Voor die stelplicht en bewijslast gelden geen verzwaarde eisen. (meer…)

Cassatieblog.nl