Selecteer een pagina

Dossier: Intellectuele-eigendomsrecht


HR 5 februari 2016, ECLI:NL:HR:2016:196 (Bayer/Sandoz)

1. Voor het bepalen van de beschermingsomvang van een octrooi gaat het om de vaststelling van hetgeen het octrooi toevoegt aan de stand van de techniek. Alleen in het kader van de inbreukvraag kan mede betekenis worden gehecht aan de kennis van de gemiddelde vakman ten tijde van de beweerde inbreuk, in het bijzonder waar het erom gaat of sprake is van equivalente elementen.
2. De regel ‘disclosed but not claimed is disclaimed’ kan ook van toepassing zijn als de ‘openbaring’ geen betrekking heeft op een middel dat de basis kan vormen voor een conclusie.  (meer…)

HR 11 maart 2016, ECLI:NL:HR:2016:390

De Databankenrichtlijn (DbRl) vindt geen toepassing wanneer een databank niet op grond van deze richtlijn wordt beschermd door het auteursrecht of door het recht sui generis. De richtlijn verzet zich er daarom niet tegen dat de maker van een dergelijke databank contractuele beperkingen stelt aan het gebruik ervan door derden. (meer…)

HR 12 februari 2016, ECLI:NL:HR:2016:268 (A/Basil)

1. Het staat de appelrechter vrij een in eerste aanleg uitgesproken veroordeling in hoger beroep te vervangen door eenzelfde veroordeling, berustend op een andere rechtsgrond, met handhaving van de datum van ingang waarvoor de eerste veroordeling gold, ook als daaraan een dwangsom is verbonden, mits de veroordeling op de nieuwe rechtsgrond niet meer of andere gedragingen bestrijkt dan de eerdere.
2. Met de beperkte bescherming van art. 19 lid 2 GModVo (het niet-ingeschreven gemeenschapsmodel) is beoogd het gebruik te beletten van modellen die, beantwoordend aan de maatstaf van art. 10 lid 1 GModVo, zijn ontleend aan het ingeroepen model. (meer…)

HR 11 december 2015, ECLI:NL:2015:3554 (Artiestenverloningen/ Prae Artiestenverloning)

Het gebruik van een beschrijvende domeinnaam is, ook indien verwarringwekkend, alleen onrechtmatig indien bijkomende omstandigheden dat meebrengen. (meer…)

LR-logoHR 4 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3477 (LMR advocaten/LR advocaten)

1. Bij beantwoording van de vraag of bij het publiek verwarring tussen ondernemingen is te duchten, moeten alle omstandigheden van het geval worden meegewogen. Daarbij mag ook het gestelde handelsnaamgebruik door gebruik van een logo een rol spelen.
2. Ook onder art. 1019h Rv is kostencompensatie mogelijk wanneer partijen over en weer op enkele punten in het ongelijk worden gesteld.
3. Een appellant moet ook in de kosten worden veroordeeld als de bestreden uitspraak, waarin zijn vordering of verzoek geheel is afgewezen, wordt bekrachtigd op andere gronden dan die waarop de eerste rechter de afwijzing heeft gegrond.
4. In een procedure op grond van art. 6 Hnw is art. 1019h Rv van toepassing als het verzoek is gegrond op art. 5 of 5a Hnw. (meer…)

Cassatieblog.nl