

Geen (forfaitaire) begroting van buitengerechtelijke kosten die niet voldoende zijn onderbouwd
HR 27 april 2012, LJN BV6690
Wanneer de schuldeiser de gevorderde vergoeding voor buitengerechtelijke kosten (als bedoeld in art. 6:96 lid 2 onder c BW) niet voldoende heeft gespecificeerd, hoeft de rechter niet over te gaan tot een (forfaitaire) begroting van deze kosten of toewijzing van een bedrag dat hij redelijk acht. Ook de (niet-bindende) Aanbeveling II uit het rapport Voor-werk II ontslaat de rechter niet van de beoordeling of de gevorderde buitengerechtelijke kosten in de gegeven omstandigheden redelijk is. Een en ander is niet in strijd met art. 3 van de Richtlijn betalingsachterstanden bij handelstransacties. Lees meer…

Het rechtsvermoeden van art. 7:610b BW en de ingangsdatum van de urenuitbreiding
HR 27 april 2012 ECLI:NL:HR:2020:BW0017 (X/Koninklijke TNT Post B.V.)
Een aanpassing van de arbeidsomvang op grond van het (weerlegbare) rechtsvermoeden van art. 7:610b BW kan worden toegewezen met ingang van een datum die gelegen is vóór die van de indiening van dat verzoek. Lees meer…

Werknemer draagt bewijslast van de stelling dat een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten
HR 27 april 2012, ECLI:NL:HR:2020:BV6939
De werknemer die stelt een arbeidscontract voor onbepaalde tijd te zijn overeengekomen draagt de bewijslast van de juistheid van die stelling. Het hof heeft een onbegrijpelijk oordeel gegeven door te oordelen dat het aanbod van de werknemer om te bewijzen dat tussen partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten, onvoldoende is gespecificeerd. Lees meer…

Derdenonderzoek belastingdienst bij trustkantoor en het (afgeleide) verschoningsrecht
HR 27 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV3426 (Tradman Netherlands B.V./Staat en Ontvanger)
Wanneer een trustkantoor informatie moet verstrekken aan de belastingdienst in het kader van een onderzoek naar cliënten van dat kantoor, komt aan het trustkantoor zelf geen verschoningsrecht toe, omdat het trustkantoor geen geheimhouder is in de zin van art. 53a AWR. Lees meer…

De aanschaf van standaardsoftware valt onder de koopregeling van het BW
HR 27 april 2012, ECLI:NL:HR:2020:BV1301 (De Beeldbrigade/X) en ECLI:NL:HR:2020:BV1299 (X/Bell Microproducts)
Titel 7.1 BW is van toepassing op de aanschaf van standaardsoftware – op een gegevensdrager of via een download – voor een niet in tijdsduur beperkt gebruik tegen betaling van een bepaald bedrag. Lees meer…

Informatieplicht algemene voorwaarden geldt ook jegens particuliere aandeelhouders
HR 27 april 2012, LJN BV5560 (X c.s./Deloitte Belastingadviseurs)
Zonder nadere motivering valt niet in te zien waarom de enig aandeelhouder van een groot bedrijf en zijn kinderen behoren tot de in art. 6:235 BW bedoelde personen, die geen beroep kunnen doen op de vernietigingsgronden van art. 6:233 en 234 BW. Lees meer…

Meewegen van persoonlijke omstandigheden bij beoordeling ontslag op staande voet
HR 20 april 2012, LJN BV9532 (X/De Bijenkorf)
Bij de beoordeling of de aan een ontslag op staande voet ten grondslag gelegde redenen dringend zijn (in de zin van art. 7:677 lid 1 BW) moeten de persoonlijke omstandigheden van de werknemer worden meegewogen. Een afweging van deze persoonlijke omstandigheden tegen de aard en ernst van de dringende reden kan – ook als de gevolgen van het verlenen van een ontslag op staande voet ingrijpend zijn – tot de slotsom leiden dat een onmiddellijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst gerechtvaardigd is. Lees meer…

Verstrekking strafvorderlijke gegevens aan slachtoffers “Probo Koala” niet onrechtmatig
HR 20 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV3436 (Staat/Trafigura)
De verstrekking van strafvorderlijke gegevens is een feitelijke handeling, die door een andere wettelijke grondslag gerechtvaardigd kan worden dan de aanvankelijk door het openbaar ministerie genoemde grondslag. Art. 39f lid 1 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens stelt niet de eis dat de verstrekking van strafvorderlijke gegevens ten behoeve van hulp aan slachtoffers uitsluitend betrekking heeft op strafbare feiten ter zake waarvan een vervolging is ingesteld, terwijl een strafdossier betrekking kan hebben op meer feiten dan waarvoor het openbaar ministerie een vervolging instelt. Lees meer…

A-G Keus: geen leeftijdsdiscriminatie vliegers KLM
Advocaat-Generaal mr. L.A.D. Keus heeft geconcludeerd dat KLM zich niet schuldig maakt aan ontoelaatbare leeftijdsdiscriminatie doordat KLM-vliegers in beginsel op 56-jarige leeftijd, maar uiterlijk op 60-jarige leeftijd, met pensioen moeten gaan. Lees meer…

Kwalitatief recht ook mogelijk zonder kwalitatieve verplichting
HR 20 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV5555
Kwalitatieve rechten in de zin van art. 6:251 BW kunnen ook ontstaan zonder dat de overeenkomende partijen aan de zijde van de debiteur een kwalitatieve verplichting als bedoeld in art. 6:252 BW in het leven roepen, zonder dat de partijen in hun overeenkomst bepalen dat de rechten als kwalitatieve rechten zullen overgaan op verkrijgers onder bijzondere titel en ook zonder dat die rechten in de openbare registers openbaar worden ingeschreven. Lees meer…